Ga je zelf aardappels schillen? Begin dan met je aardappelen. Schil ze, zet een pot gezouten water op en kook de krielaardappelen gaar. Deze stap sla je over als je aardappels uit blik gebruikt, want die zijn al geschild en gekookt.
Maak de kwartels toonbaar. Heb je pluimen of haartjes? Even boven een gasvlam houden. Wil je een restaurant presentatie? Kort de poten en nekjes in.
Smelt de boter in de braadpan.
Kruid de kwartels van binnen en buiten met peper en zout.
Als de boter gesmolten is, leg je de kwartels op hun rug in de hete pan en kleur aan (een 2-3tal minuten).
Als de rug gekleurd is, leg je de kwartels op 1 zijkant en bruin aan.
Nadat die zijkant is aangebruind: leg je de kwartels op hun andere zijkant en bruin ook aan.
Leg dan de kwartels terug op hun rug, blus met de vleesfond en het "sap" van de 2 blikken druiven.
Deksel erop en laat ze een kwartiertje sudderen. Af en toe eens de pot openen en met een lepel het vocht over de kwartels lepelen – zo blijven ze heerlijk sappig.
Finishing touch. Proef de saus en kruid bij indien nodig. Voeg de druiven toe en werk af met citroenmelisse.
Serveren: Schep je goudbruine kwarteltjes op een bord, giet er een royale lepel van die verrukkelijke saus over en serveer met de gekookte krieltjes. Voilà, een nostalgisch gerecht zonder stress en mét een tikje gemakzucht (want soms mag dat). Smakelijk!